top of page
  • Foto van schrijverBuro Letselschade

Affectieschade van broers en zussen


In een zaak die aan de rechtbank werd voorgelegd, vorderden onder meer een halfbroer en zus van het slachtoffer affectieschade.[1] Het betreffende slachtoffer is ten gevolge van het gebruik van xtc, GHB en alcohol overleden, wat volgens de rechtbank te wijten is aan de verdachte. De verdachte had namelijk nagelaten om tijdig medische hulp in te schakelen, waardoor het slachtoffer uiteindelijk is overleden, nadat zij bewusteloos was geraakt door het gebruik van de middelen. De rechtbank wijst de affectieschadevordering van de halfbroer en zus echter niet toe. In deze blog wordt uitgelegd wat de reden is dat de rechtbank de betreffende vordering niet toewees en wat er wellicht in de toekomst gaat veranderen ten aanzien van affectieschade.


Affectieschade

De wet Affectieschade is vanaf 1 januari 2019 van kracht, zonder terugwerkende kracht. Dit geeft naasten en nabestaanden een zelfstandig recht om de geleden immateriële schade – verdriet – die zij hebben geleden ten gevolge van een ongeval jegens het slachtoffer, te verhalen op de dader. Er dient hierbij wel sprake te zijn van (zeer) ernstig blijvend letsel bij het slachtoffer ofwel het overlijden van het slachtoffer. Tevens dient de dader aansprakelijk te zijn voor het handelen jegens het slachtoffer.


Kring der gerechtigden

Daarnaast dient de naaste of nabestaande die affectieschade vordert, binnen de in de wet limitatief omschreven kring van gerechtigden te vallen. Dit betreft een geselecteerde groep van naasten en nabestaanden – met wie het slachtoffer geacht wordt door de wetgever een nauwe band had/heeft – waardoor wordt voorkomen dat de erkenningsfunctie van affectieschade wordt afgezwakt.


De kring der gerechtigden bestaat kort gezegd uit echtgenoten – ofwel levensgezellen/geregistreerde partners –, (pleeg)kinderen – zowel thuiswonend, studerend en niet-thuiswonend –, (pleeg)ouders en degene voor wie duurzaam werd gezorgd door het slachtoffer. Ook heeft de wet een subcategorie opgenomen, om in uitzonderlijke situaties recht te doen aan de belangen van naasten die niet tot de bovengenoemde kring van gerechtigden behoren, maar wel een affectieve relatie onderhielden met het slachtoffer. Dit is ook wel de ‘hardheidsclausule’. Degene die hierop een beroep doet, moet aannemelijk maken, en daarmee bewijzen, dat hij of zij een zodanige nauwe persoonlijke band had met het slachtoffer waardoor hij of zij in aanmerking komt voor de vergoeding van affectieschade.


Broers en zussen

(Half)broers en zussen vallen in beginsel niet in de kring der gerechtigden. Uit kamerstukken blijkt daarnaast dat de minister ook niet heeft gewild dat (half)broers of -zussen een beroep op de hardheidsclausule toekomt. Hiervan kan wel sprake zijn, indien twee (half)broers of -zussen langdurig met elkaar hebben samengeleefd en voor elkaar hebben gezorgd.


Met het oog op vorenbedoelde, heeft de rechtbank Noord-Nederland de affectieschadevorderingen van de halfbroer en zus niet toegewezen. Er was daarnaast geen sprake van omstandigheden waardoor aangenomen kon worden dat voldaan was aan de hardheidsclausule.


Uitbreiding kring der gerechtigden?

Minister Weerwind heeft in zijn brief van 6 juni 2023 verzocht om de geplande evaluatie van de Wet affectieschade te vervroegen, omreden de urgentie die hij voelt ter zake dit onderwerp. Deze stond eerder gepland voor 2024, maar de minister wil dit aldus vervroegen naar na de zomer van 2023.


De minister heeft eerder toegezegd om te kijken naar de mogelijkheden voor broers en zussen in relatie tot de Wet affectieschade. Hij betoogt hierbij dat zij immers ook groot verdriet en leed hebben, ingeval hun dierbare overlijdt of ernstig blijvend letsel oploopt ten gevolge van een ongeval. Om het voor deze groep mogelijk te maken om affectieschade te kunnen vorderen en te laten toewijzen (door de rechter), wordt de Wet affectieschade mogelijk aangepast.


Al met al, de vordering van affectieschade door (half)broers- en zussen kan tot op heden (en waarschijnlijk zal dit nog enige tijd zo zijn) niet worden toegewezen, tenzij dat aannemelijk wordt gemaakt dat er sprake is van een zodanige nauwe persoonlijke band tussen het slachtoffer en de betreffende (half)broer of zus. Minister Weerwind voelt echter de urgentie om dit te wijzigen in de wet. Hierom verzocht de minister om de betreffende evaluatie te vervroegen. Wat hieruit zal gaan voortvloeien, moet nog gaan blijken.


Vragen?

Bent u ook slachtoffer van een gewelds- of zedenmisdrijf, bedrijfsongeval, medische fout of verkeersongeval? Of heeft u vragen naar aanleiding van het voorgemelde? Neem dan contact met ons op, zodat wij in uw belang kunnen meedenken. Indien gewenst, kunt u een kosteloos oriënterend gesprek inplannen met één van onze gespecialiseerde advocaten.

[1] Rb. Noord-Nederland 21 juni 2023, ECLI:NL:RBNNE:2023:2478.

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page